Er belt een verzekeringsman op naar zijn cliënt. Neemt een klein meisje de telefoon
op, waarop de man vraagt of hij haar vader mag spreken. Antwoordt het meisje
fluisterend: "Dat gaat niet, die is bezig." Dus de verzekeringsman vraagt haar
naar haar moeder. Antwoord het meisje weer fluisterend: "Die is ook bezig."
"Nou, misschien is dan je oudere broer of zus thuis?" Zegt het meisje weer
fluisterend door de telefoon: "Die zijn ook allebei bezig." Nou die
verzekeringsman denkt ook bij zichzelf; wat voor een huishouden heb ik nu weer
aan de lijn. Dus hij vraagt het meisje maar wat ze eigenlijk aan het doen zijn.
Waarop het meisje weer fluisterend antwoord: "Ze zijn mij aan het zoeken."
op, waarop de man vraagt of hij haar vader mag spreken. Antwoordt het meisje
fluisterend: "Dat gaat niet, die is bezig." Dus de verzekeringsman vraagt haar
naar haar moeder. Antwoord het meisje weer fluisterend: "Die is ook bezig."
"Nou, misschien is dan je oudere broer of zus thuis?" Zegt het meisje weer
fluisterend door de telefoon: "Die zijn ook allebei bezig." Nou die
verzekeringsman denkt ook bij zichzelf; wat voor een huishouden heb ik nu weer
aan de lijn. Dus hij vraagt het meisje maar wat ze eigenlijk aan het doen zijn.
Waarop het meisje weer fluisterend antwoord: "Ze zijn mij aan het zoeken."