Ruim één schiet niet op. Er zit maar de helft in, het volume is stukken kleiner, van ruim 2, maar vroeg in de ochtend ziet het er naar uit dat ruim 2 toch eerder leeg zal zijn. Dat verdubbelt het aantal pontonbewegingen, en we zullen als dat zo doorgaat fors langer bezig zijn met klaar maken na einde lossing. Om zes uur even met de voorman gesproken. Die vroeg of we met drie ploegen konden werken. Elk ander schip met drie kranen zou dat kunnen, maar hier wordt dat zeuren.
Punt is dat de pontonnen allemaal aan dek liggen, en die kunnen er pas weg als er voldoende lading uit is. Verder hebben we rolpontons, die over het luikhoofd rijden. Ik kan die weghalen, maar dan moeten ze toch ergens naar toe. Die dingen zijn ruwweg 18 bij 7 meter, en dat kun je zomaar ergens neerleggen. Verder is dit regengevoelige lading. Als ik m'n rolpontons eraf til heb ik ze met een regenbuitje niet zo één, twee, drie weer terug liggen. Ik geef toe dat de kans op een buitje op dit moment nagenoeg nihil is, maar als je daarvan uit gaat komt ene mijnheer Murphy om de hoek kijken en geeft je een schop onder het gat.
In het kort, nee, we kunnen niet met goed fatsoen met drie kranen draaien. Er moeten er dan twee in hetzelfde gat happen, en komen daardoor te dicht bij elkaar. Helaas kan ik zoiets slecht weigeren, als ik dat doe is het schip niet volledig inzetbaar. Dus moet je de voorman zo ver krijgen dat hij inziet dat het niet gaat. Gelukkig zijn de meeste voorlui redelijke mensen zolang er niet één of andere kantoorpief in hun nek loopt te hijgen.
Voor iemand met een beetje inzicht is het probleem duidelijk, géén drie ploegen dus.
Toen de bootsman met een matroos maar kraan drie ingejaagd om schoon te maken. Er is daar geen enkel plekje om je fatsoenlijk vast te houden. Lang leve de scheepvaartinspectie die de veiligheid zo hoog in het vaandel heeft. We doen dat soort dingen alleen als je stevig vast ligt en de kraan zo kunt draaien dat je er goed bij kunt. Dan zelf maar wat lijntjes vastmaken zodat je niet onmiddellijk een doodsmak maakt. En dan met vastgemaakt harnas de kraanarm op. Lapje met thinner mee, en poetsen maar.
Het meeste is oud repenvet dat van de kraandraad naar beneden komt zeilen. Vooral als de draden gelapzalfd worden gaat er nog wel eens een sliertje naast. En dat toont op een witte kraanarm.
Toen ze na tweeënhalf uur ongeveer halverwege waren kon ik ze er weer uit halen. Over een uurtje komt de vuilnisboer. Normaal heb je daar geen kraan voor nodig, maar omdat we twee bigbags nog hadden liggen die in San Lorenzo niet waren opgehaald hadden we dit keer de kraan wel nodig. Aansluitend maar de rolpontons naar voren geschoven. Kon de stuwadoor verder gaan met ruim twee achterkant.
Ruim één was deze ochtend een stuk sneller geworden, waardoor de trim teveel achterover kwam. Alle ballast voor zit er al in, daar zit ook geen rek meer. Dan maar achterin lossen, dan gaat het hopelijk een beetje gelijk op.
In de middag blijk dat nu ruim één als een tierelier draait, en ruim twee het erbij laat zitten. Als het zo doorgaat kunnen we morgen laat, of overmorgen vroeg pontonnetjes gooien op ruim 1, helemaal volgens de originele planning. Nu maar hopen dat de jongens schoon uitlossen. Anders moeten wij het doen. En met de kraan is het wat makkelijker en vlotter dan alles in zakjes stoppen en die één voor één naar boven takelen. Bovendien, als de stuwadoor het eruit haalt heet het lading, en is het geld waard. Als wij het doen dan heet het afval en kost het klauwen met geld om het verantwoord te laten verwerken. Vroeger deden we dat zelf: visvoer. Maar tegenwoordig staat daar zowat de doodstraf op.
Soms was het vroeger toch echt gemakkelijker.